Zalfpot ‘alla porcellana’

10
februari
2025

Archeoloog Wim Tiri werkt als vrijwilliger in ons onroerenderfgoeddepot. In de reeks ‘Ondergrondse geheimen’ deelt hij zijn grote en kleine ontdekkingen.

Over zalfpotten met een internationaal decor

Zij die mij kennen weet dat ik van uitdagingen hou. Dat maakt ook dat het werk in het archeologisch depot van Erfgoed Noorderkempen boeiend en afwisselend blijft. En soms moet ik net als Sherlock Holmes, met haast geen aanwijzingen, op zoek naar de geheim van een archeologische vondst. Zo kwam ik bij de inventarisatie van de collectie Jacobsmarkt (de opgraving in en rond de verdwenen Glénisson-drukkerij aan de Warandestraat) uit bij een klein scherfje met een intrigerende blauwe beschildering. Lees hier het verhaal van een scherf van een pot met een Italiaans verhaal…

Het scherfje is afkomstig van een albarello (een cilindervormige zalfpot) in majolica. Majolica is een aardewerksoort die zich onderscheidt van het andere aardewerk omdat de objecten na een eerste bakking overdekt worden met een tinhoudend glazuur. Dit geeft een witte ondoorschijnende laag die na het drogen kan beschilderd worden waarna een tweede bakking (op lagere temperatuur) volgt. Vermoedelijk is de oorsprong van majolica te vinden in het Nabije Oosten rond 900. Onder invloed van Islamitische veroveringen in Zuid-Italië kende de majolicaproductie in 15de en 16de-eeuwse Italiëongekende hoogtepunten. Door handel en met de komst van enkele Italiaanse pottenbakkers naar Antwerpen in de vroege 16de eeuw kende de majolicaproductie ook in onze streken een enorme bloei.

Bijzonder aan de scherf is de blauwe kleur van het tinglazuur wat ook als berrottino genoemd wordt. Berrottino betekent letterlijk asgrijs en is een Italiaanse term die staat voor aardewerk met een blauw tinglazuur waaroop een decoratie is aangebracht. Deze manier van decoreren werd in het begin van de 16de eeuw in het Italiaanse Faenza geïntroceerd en nadien overgenomen in de regio’s Veneto en Ligurië.

Een tweede bijzonderheid is de decoratie met ranken (met hier en daar een bloem), ontleend aan het 16de-eeuwse Chinees porselein dat in Italië ingevoerd werd. Deze manier van decoreren is gekend als alla porcellana (‘zoals op het porselein’). Door import van Liguriaanse borden met een dergelijke versiering in de vroege 16de eeuw heeft deze decoratietechniek in de tweede helft van de 16de eeuw ook de Antwerpse majolicaproductie beïnvloed. Uit Antwerpen zijn vooral alberlli (zalfpotten) en siroopkannen met bladrankendecor uit de tweede helft van de 16de eeuw gekend   Naast de Liguriaanse bladranken was ook de Venetiaanse decoratie, a foglie (met eikenbladeren) in de Nederlanden populair.

Op de scherf is een restant aanwezig van een diagonale uitsparing (of banderol) met een opschrift, mogelijk was dit [ZINGIB]ERIS (condita) of (gekonfijte) gemberwortel, voor een verzachtende werking aan de stem en keel, een vermindering van schorheid of het geven van een verkwikkend gevoel. Albarelli waren vooral terug te vinden in apotheken en drogisterijen en over het algemeen gebruikt voor het bewaren van medicijnen. De tekst in de banderol gaf aan wat er in de pot te zat en was de voorloper van ons papieren eticket.

Weer een geheim uitgeklaard.

Info voor bij de afbeeldingen (van links naar rechts):

Afb. midden: Fragment van een berrettino zalfpot met decor ‘alla porcellana (bladranken) en tekstbanier, majolica met kobaltblauwe beschildering, Antwerpen, omstreeks 1550 (depot Erfgoed Noorderkempen, opgraving Jacobsmarkt, S027, 2009_073_1548)

Afb. bovenaan: Interieur van de apotheek van het Sint-Janshospitaal te Brugge

Geraadpleegde bronnen: 

Michiel Bartels, Steden in scherven, Zwolle 1999